AB 1996, 211
HR, 13-03-1996, nr. 29996
HR 13-03-1996, ECLI:NL:PHR:1996:AA1822, m.nt. Th.G. Drupsteen
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
13 maart 1996
- Magistraten
Stoffer, Urlings, Zuurmond, C.H.M. Jansen, Fleers, Loeb
- Zaaknummer
29996
- Noot
Th.G. Drupsteen
- LJN
AA1822
- JCDI
JCDI:ADS60995:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Staatsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:AA1822, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑03‑1996
ECLI:NL:PHR:1996:AA1822, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑03‑1996
- Wetingang
Essentie
Uitlating van de minister als recht in de zin van art. 99 Wet RO
Samenvatting
De uitlating van de minister behelst een begunstigend beleid waaraan het hoofd op grond van enig algemeen beginsel van behoorlijk bestuur is gebonden. Het gaat hier met name om een door de minister binnen haar bestuursbevoegdheid vastgestelde en — gezien de eerder vermelde publicatie in de Kamerstukken — behoorlijk bekendgemaakte regel omtrent de uitoefening van haar beleid, welke regel weliswaar niet kan gelden als algemeen verbindend voorschrift, omdat hij niet krachtens enige wetgevende bevoegdheid is gegeven, maar op grond van het vertrouwensbeginsel het hoofd wel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.