NJ 1989, 547
HR, 22-07-1988, nr. 25582
HR 22-07-1988, ECLI:NL:HR:1988:ZC3887, m.nt. J.M.M. Maeijer
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
22 juli 1988
- Magistraten
Van Dijk, Van Vucht, Stoffer, Mijnssen, Urlings
- Zaaknummer
25582
- Noot
J.M.M. Maeijer
- LJN
ZC3887
- JCDI
JCDI:ADS64848:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Fiscaal ondernemingsrecht (V)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1988:ZC3887, Uitspraak, Hoge Raad (Belastingkamer), 22‑07‑1988
- Wetingang
BW art. 2:203; IB 1964 art. 45
Essentie
Aftrek premie lijfrente tot het betalen waarvan oprichters zich jegens een besloten vennootschap in oprichting bij overeenkomst hebben verplicht. ‘Bestaanbaarheid’ van een dergelijke overeenkomst.
Uitspraak
Arrest gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Hof te 's‑Gravenhage van 30 sept. 1987 betreffende de hem voor het jaar 1982 opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting.
1
Aanslag en bezwaar
Aan belanghebbende is voor het jaar 1982 een aanslag in de inkomstenbelasting opgelegd naar een belastbaar inkomen van belanghebbende van ƒ 430 555 en van zijn echtgenote van ƒ 28 681 welke aanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.