NJ 1996, 79
Ongerechtvaardigde verrijking / huwelijksgoederenrecht
Rb. Assen 03-01-1995, ECLI:NL:RBASS:1995:AB8251
- Instantie
Rechtbank Assen
- Datum
3 januari 1995
- Magistraten
le Poole, Münzebrock, Groefsema
- Zaaknummer
1335
- LJN
AB8251
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Verbintenissenrecht / Overige verbintenissen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBASS:1995:AB8251, Uitspraak, Rechtbank Assen, 03‑01‑1995
- Wetingang
BW art. 1:84; BW art. 1:85; BW art. 6:212
Essentie
Geld gaat niet naar schuldeiser van de man, maar wordt gebruikt voor de huishouding. Voor de ongerechtvaardigde verrijking van de man die hiervan het gevolg is, is ook zijn buiten gemeenschap van goederen gehuwde vrouw aansprakelijk.
Partij(en)
D.A. Dettingmeijer, te Leersum, eiser, proc. mr. H.J. de Ruijter, adv. mr. P.W. van Kooij,
tegen
J.T. Schapink, te Emmen, gedaagde, proc. mr. J.A. Krans, adv. mr. A.F.M. Krans-Bosch.
Uitspraak
(Post alia:)
1.2
Eiser heeft bij conclusie van eis overeenkomstig de dagvaarding gevorderd, dat de rechtbank bij vonnis, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, gedaagde zal veroordelen om aan eiser tegen behoorlijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.