Einde inhoudsopgave
Pensioenwet ambtenaren BES
Artikel 11h
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
05-10-2010, Stb. 2010, 392 (uitgifte: 07-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
1.
Indien een door of voor een deelnemer verschuldigde bijdrage na aanmaning per aangetekende brief niet of niet geheel binnen dertig dagen wordt voldaan, kan het fonds, vertegenwoordigd door de personen die op grond van de statuten bevoegd zijn het fonds in rechte te vertegenwoordigen, de premie, wettelijke of reglementaire boete en de aanmaningskosten invorderen bij dwangbevel.
2.
De in het eerste lid bedoelde aanmaning vermeldt de inhoud van het eerste en vierde tot en met achtste lid van dit artikel en van artikel 11c.
3.
Het dwangbevel houdt in:
- a.
de naam en de zetel van het fonds;
- b.
de namen van de vertegenwoordigers, bedoeld in het eerste lid;
- c.
de naam, de functie, de woonplaats en het adres van de schuldenaar;
- d.
het bedrag van de achterstallige bijdragen, dat van de wettelijke of reglementaire renten of reglementaire boeten, voor zover daarop aanspraak wordt gemaakt, alsmede de gronden waarop de vordering berust;
- e.
de datum waarop de in het eerste lid bedoelde aanmaning is geschied.
4.
Het dwangbevel levert een executurale titel op, die met toepassing van de voorschriften van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering BES kan worden ten uitvoer gelegd.
5.
Het dwangbevel kan niet ten uitvoer worden gelegd voordat acht dagen na de betekening daarvan zijn verstreken. De persoon of rechtspersoon aan wie het dwangbevel is gericht kan gedurende dertig dagen na de betekening door middel van dagvaarding tegen de tenuitvoerlegging van een dwangbevel in verzet komen bij het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
6.
Het verzet schorst de tenuitvoerlegging van het dwangbevel voor zover deze door het verzet wordt bestreden.
7.
Indien het verzet zich richt of mede richt tegen de hoogte van de gevorderde reglementaire rente of reglementaire boete, kan de rechter indien deze hem bovenmatig voorkomt, de bedongen reglementaire rente of reglementaire boete matigen, met dien verstande dat deze niet minder kan bedragen dan de wettelijke rente.
8.
Het recht tot invorderen bij dwangbevel strekt zich uit tot de kosten van vervolging.