Einde inhoudsopgave
Aanvullend Protocol bij het Verdrag inzake de bestrijding van strafbare feiten verbonden met elektronische netwerken, betreffende de strafbaarstelling van handelingen van racistische en xenofobische aard verricht via computersystemen
Artikel 12 Voorbehouden en verklaringen
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2006
- Bronpublicatie:
28-01-2003, Trb. 2005, 46 (uitgifte: 23-02-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-12-2010, Trb. 2010, 334 (uitgifte: 24-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Internationale misdrijven
Informatierecht / ICT
1.
Door een Partij gemaakte voorbehouden en afgelegde verklaringen ten aanzien van de bepalingen van het Verdrag zijn eveneens op dit Protocol van toepassing, tenzij die Partij anderszins verklaart op het tijdstip van ondertekening of bij de nederlegging van haar akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding.
2.
Door middel van een schriftelijke kennisgeving gericht aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa kan elke Partij, op het tijdstip van ondertekening of bij de nederlegging van haar akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding, verklaren dat zij gebruik maakt van het voorbehoud of de voorbehouden bedoeld in de artikelen 3, 5 en 6 van dit Protocol. Op hetzelfde tijdstip kan een Partij, ten aanzien van de bepalingen van dit Protocol, gebruikmaken van de voorbehouden bedoeld in artikel 22, tweede lid, en artikel 41, eerste lid, van het Verdrag, ongeacht de uitvoering die die Partij aan het Verdrag heeft gegeven. Andere voorbehouden kunnen niet worden gemaakt.
3.
Door middel van een schriftelijke kennisgeving gericht aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa kan elke Staat, op het tijdstip van ondertekening of bij de nederlegging van zijn akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding, verklaren dat hij gebruik maakt van de mogelijkheid aanvullende elementen te vereisen als bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdeel a, en artikel 6, tweede lid, onderdeel a, van dit Protocol.