NJB 2020/240
Aan verleende vergunningen voor het bouwen komt wat betreft gebruik geen zelfstandige betekenis toe na de inwerkingtreding van een nieuw planologisch regime
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
24 december 2019
- Magistraten
Mrs. Scholten-Hinloopen, Hoogvliet en Drop
- Zaaknummer
201806108/1/A1
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Omgevingsvergunning
Staatsrecht / Decentralisatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2019:4439, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 24‑12‑2019
- Wetingang
(art. 2.1, lid 1, onder c, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht)
Essentie
Aan verleende vergunningen voor het bouwen komt wat betreft gebruik geen zelfstandige betekenis toe na de inwerkingtreding van een nieuw planologisch regime
Partij(en)
Uitspraak op de hoger beroepen van: 1. [appellant sub 1], wonend te Den Haag, 2. De Haagsche Brood Winkels B.V. en De Haagsche Bakkerij B.V., beide gevestigd te Den Haag en gezamenlijk handelend onder de naam [bakkerij] (hierna samen en in enkelvoud: [bakkerij]), appellanten, tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 14 juni 2018 in zaak nr. 17/3994 in het geding tussen: [appellant sub 1] en het college van burgemeester en wethouders van ...