RN 2007, 80
Nalatenschap. Heeft de onterfde langstlevende echtgenote recht op vestiging van het verzorgingsvruchtgebruik in de zin van art. 4:30 BW?
HR 08-06-2007, ECLI:NL:HR:2007:BA2507
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 juni 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
R06/057HR
- Conclusie
plv. P-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
BA2507
- JCDI
JCDI:ADS871875:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Erfrecht / Erfopvolging bij versterf
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BA2507, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑06‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BA2507, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑06‑2007
- Wetingang
Essentie
Heeft de onterfde langstlevende echtgenote recht op vestiging van het verzorgingsvruchtgebruik in de zin van art. 4:30 BW?
Samenvatting
In 2000 huwen H. (erflater) en A (verzoekster). Zij hebben bij huwelijkse voorwaarden iedere gemeenschap van goederen uitgesloten. Tijdens het huwelijk wordt in 2001 een zoon geboren. In oktober 2001 gaan H. en A gescheiden wonen en trekt A bij haar ouders in. H. maakt in diezelfde maand een testament, waarin hij zijn broer X tot zijn enige erfgenaam benoemt. In juni 2002 volgt een verzoek tot echtscheiding. Op 12 januari 2003 overlijdt H. De echtscheidingsbeschikking ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.