Einde inhoudsopgave
RvdW 2007, 486
Huur bedrijfsruimte; bepaling einde huur op de voet van art. 7A:1631a (oud) BW; belangenafweging; maatstaf.
HR 04-05-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ8165 (Gemeente Middelburg/Lindenberg)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
4 mei 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C05/276HR
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
AZ8165
- Roepnaam
Gemeente Middelburg/Lindenberg
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Algemeen
Huurrecht / Huur van woonruimte
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ8165, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04ā05ā2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ8165, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04ā05ā2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 02ā10ā2005
- Wetingang
BW art. 7A:1624; BW art. 7A:1627a; BW art. 7A:1631; BW art. 7A:1631a; BW (oud) art. 7A:1631d
Essentie
Huur bedrijfsruimte; bepaling einde huur op de voet van art. 7A:1631a (oud) BW; belangenafweging; maatstaf.
De strekking van art. 7A:1631a lid 1 (oud) BW brengt mee dat de huurder die meent dat zijn belangen worden veronachtzaamd door de beƫindiging van de huurovereenkomst die de verhuurder nastreeft, verweer zal moeten voeren dat ertoe strekt dat de rechter op grond van de in die bepaling bedoelde belangenafweging de vordering van de verhuurder afwijst, of de huurovereenkomst op een zodanig tijdstip doet eindigen als met een redelijke belangenafweging strookt. De rechter die het tijdstip vaststelt waarop ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.