Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 857
Buurweg ontstaan door stilzwijgende bestemming?: maatstaf; rechtsvermoeden van (bestemming tot) buurweg i.g.v. ongestoord bezit van het recht van buurweg.
HR 15-09-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AX9402
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
15 september 2006
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, W.A.M. van Schendel, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C04/335HR
- Conclusie
plv. P-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
AX9402
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht (V)
Goederenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AX9402, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑09‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AX9402, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑09‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑10‑2004
- Wetingang
art. 719 (oud) BW
Essentie
Buurweg ontstaan door stilzwijgende bestemming?: maatstaf; rechtsvermoeden van (bestemming tot) buurweg i.g.v. ongestoord bezit van het recht van buurweg.
Van een onjuiste rechtsopvatting getuigt het oordeel dat langdurig gemeenschappelijk gebruik van een weg door buren steeds moet worden aangemerkt als een enkel gedogen. Ongestoord bezit van het recht van buurweg — dat wil zeggen: dat een buurman, of iemand die op grond van zijn rechtsverhouding met die buurman bevoegd is tot gebruik van diens erf, de, naar verkeersopvattingen te beoordelen, feitelijke macht over de desbetreffende weg uitoefent die past bij het gebruik van die weg als buurweg — ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.