NJ 2006, 19
Alimentatie gewezen echtgenoten; samenlevingsverweer; bewijsopdracht. Grenzen rechtsstrijd in hoger beroep.
HR 09-07-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO8709
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 juli 2004
- Magistraten
Mrs. R. Herrmann, D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein, F.B. Bakels
- Zaaknummer
R03/097HR
- Conclusie
A-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
AO8709
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Alimentatie
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO8709, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑07‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO8709, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑07‑2004
- Wetingang
BW art. 1:160; Rv art. 347
Essentie
Alimentatie gewezen echtgenoten; samenlevingsverweer; bewijsopdracht. Grenzen rechtsstrijd in hoger beroep.
Aangezien de rechtbank in haar tussenbeschikking de man heeft toegelaten tot bewijs van het door hem ingeroepen samenlevingsverweer tegen de hem opgelegde alimentatieplicht jegens de vrouw en daarin besloten ligt dat de vrouw naar het oordeel van de rechtbank dat verweer voldoende gemotiveerd had betwist, is het hof, nu de man in hoger beroep geen grief tegen dit oordeel van de rechtbank heeft gericht, buiten de grenzen van de rechtsstrijd getreden door de bestreden beschikking te vernietigen op de grond dat de vrouw dat verweer onvoldoende concreet en gemotiveerd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.