JAR 2002, 207
HR, 09-08-2002, nr. C01/244HR
HR 09-08-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AE2183
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 augustus 2002
- Magistraten
Mrs Herrmann, Fleers, Beukenhorst, Hammerstein, Kop
- Zaaknummer
C01/244HR
- LJN
AE2183
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Staatsrecht / Grondrechten
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE2183, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑08‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AE2183, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑08‑2002
- Wetingang
BW art. 7:615; BW art. 7:634; BW art. 7:635; BW art. 7:636; BW art. 7:637; BW art. 7:638; BW art. 7:639; BW art. 7:640; BW art. 7:641; BW art. 7:642; BW art. 7:643; BW art. 7:644; BW art. 7:645; BW art. 7:646; RPBO art. Ⅰ-C2; Wet Primair Onderwijs art. 59
Samenvatting
Compensatie voor leerkrachten in beroepsonderwijs bij samenvallen van zwangerschaps‑ en bevallingsverlof met de schoolvakanties? Regeling vakantie bij CAO aansluitend bij Rechtspositiebesluit Onderwijspersoneel; uitleg CAO. Toepasselijkheid titel 7:10 BW: minimum vakantie-aanspraak; verboden (indirecte) discriminatie naar geslacht?
Op de gronden vermeld in de conclusie van de A-G moet worden geoordeeld dat art. Ⅰ-C2 RpbO in de rechtsverhouding tussen partijen van toepassing is en dat de uitleg van deze in de betrokken CAO van toepassing verklaarde bepaling in cassatie op juistheid kan worden getoetst. Dagen waarop de werkneemster de overeengekomen arbeid niet heeft verricht wegens zwangerschaps‑ of bevallingsverlof konden ingevolge art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.