NJ 1995, 223:BOPZ / verwijzing naar meervoudige kamer; horen betrokkene door rechter-commissaris die tevens lid enkelvoudige kamer was

NJ 1995, 223

BOPZ / verwijzing naar meervoudige kamer; horen betrokkene door rechter-commissaris die tevens lid enkelvoudige kamer was

Documentgegevens:

HR 09-12-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1580

Instantie: Hoge Raad
Datum: 9 december 1994
Magistraten: Martens, Mijnssen, Korthals Altes, Neleman, Nieuwenhuis, Asser
Zaaknummer: 8597
LJN: ZC1580
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Burgerlijk procesrecht (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1994:ZC1580, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑12‑1994
Wetingang: BOPZ art. 1; BOPZ art. 8; BOPZ art. 78; Rv (oud) art. 288a; Rv (oud) art. 429f; RO art. 49

Essentie

Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (BOPZ). Verwijzing naar meervoudige kamer; horen betrokkene door rechter-commissaris die tevens lid van de enkelvoudige kamer was.

Samenvatting

De meervoudige kamer naar welke de vordering van de officier van justitie door de enkelvoudige kamer is verwezen, dient de betrokkene opnieuw te horen (HR 10 april 1992, NJ 1992, 445).

Het staat de meervoudige kamer vrij uit haar midden een rechter-commissaris aan te wijzen teneinde de betrokkene door deze te doen horen. Ofschoon het in het algemeen de voorkeur verdient dat bij verwijzing van de zaak naar een meervoudige ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.