RvdW 1993, 180
HR, 17-09-1993, nr. 15081: Reimes/Goos
HR 17-09-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC1062 (Reimes/Goos)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 september 1993
- Magistraten
Royer, Mijnssen, Davids, Korthals Altes, Heemskerk
- Zaaknummer
15081
- LJN
ZC1062
- Roepnaam
Reimes/Goos
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Algemeen
Goederenrecht / Eigendom, bezit en houderschap
Verbintenissenrecht / Overige verbintenissen
Huurrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC1062, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑09‑1993
ECLI:NL:PHR:1993:6, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑06‑1993
- Wetingang
BW art. 643 (oud); BW art. 1603 (oud); BW art. 3:4; BW art. 5:3; BW art. 6:212; BW art. 7A:1603; Rv art. 48
Essentie
Ongerechtvaardigde verrijking. Wegnemingsrecht ex. art. 1603 BW (oud). Door huurder aangebrachte toevoegingen; schadevergoeding; bijzondere omstandigheden. Aanvulling van feitelijke gronden. Zakenrecht; bestanddeelvorming.
Samenvatting
Naar het te dezen toepasselijke, voor 1 jan. 1992 geldende, recht rust op de (mede-)eigenaar van een onroerende zaak, die is verrijkt als gevolg van door de huurder aangebrachte toevoegingen, in beginsel niet de verplichting om tot het bedrag van zijn verrijking de schade van de huurder, bestaande in de waarde van de toevoegingen, te vergoeden.
De huurder heeft ingevolge art. 1603 (oud) BW, binnen de door deze bepaling getrokken grenzen, de bevoegdheid die toevoegingen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.