NJ 1993, 503
Overgang onderneming in 7A:1639aa BW / nietig proeftijdbeding met opvolger van oude werkgever? (m.nt. PAS)
HR 23-04-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC0938, m.nt. P.A. Stein (Braber/Indebus,Indebus Reclame)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 april 1993
- Magistraten
Martens, Roelvink, Mijnssen, Davids, Swens-Donner, Koopmans
- Zaaknummer
14964
- Noot
P.A. Stein
- LJN
ZC0938
- Roepnaam
Braber/Indebus
Indebus Reclame
- JCDI
JCDI:ADS156548:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC0938, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑04‑1993
- Wetingang
BW art. 7A:1639n; BW art. 1639aa; BW art. 1639bb; BW art. 1639cc; BW art. 1639dd
Essentie
Overgang van een onderneming in art. 7A:1639aa BW. Nietig proeftijdbeding met opvolger van oude werkgever?
Samenvatting
Van overgang van een onderneming in de zin van art. 1639bb BW kan ook sprake zijn zonder dat tussen de oude en de nieuwe ondernemer een ‘overeenkomst tot overdracht’ is gesloten. Voldoende is dat er sprake is van overgang in het kader van een contractuele betrekking (vgl. HvJ EG 19 mei 1992, NJ 1992, 476). Dat zulks hier het geval was ligt besloten in de stelling dat aanvankelijk een deel van de onderneming van Indebus bij het aangaan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.