NJ 1987, 792
HR, 24-04-1987, nr. 12898
HR 24-04-1987, ECLI:NL:PHR:1987:AG5581, m.nt. W.C.L. van der Grinten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 april 1987
- Magistraten
Ras, Martens, Bloembergen, Haak, Roelvink, Biegman-Hartogh
- Zaaknummer
12898
- Noot
W.C.L. van der Grinten
- LJN
AG5581
- JCDI
JCDI:ADS142259:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1987:AG5581, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑04‑1987
ECLI:NL:PHR:1987:AG5581, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑04‑1987
- Wetingang
BW art. 1637; NBW art. 7.7.1.6
Essentie
Overeenkomt tot het verrichten van enkele diensten (opdracht). Arts-patient relatie. Verschuldigdheid van redelijk loon. Toetsing door de rechter.
Samenvatting
Ook voor de arts-patient relatie geldt dat de opdrachtgever, voor zover hier van belang, een redelijk loon verschuldigd is. Dat brengt mee dat de rechter in een geval als het onderhavige, waarin de redelijkheid van de door de arts in rekening gebrachte en ten processe gevorderde bedragen door de patient wordt betwist, zich de vraag heeft te stellen wat, alle omstandigheden van het geval in aanmerking genomen, een redelijke beloning is voor de bewezen diensten.
Partij(en)
Dr. Pieter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.