NJ 1982, 579
HR, 02-04-1982, nr. 5937
HR 02-04-1982, ECLI:NL:PHR:1982:AG4356, m.nt. W.H. Heemskerk
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 april 1982
- Magistraten
Ras, Snijders, Haardt, Royer, Martens, Remmelink
- Zaaknummer
5937
- Noot
W.H. Heemskerk
- LJN
AG4356
- JCDI
JCDI:ADS114147:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1982:AG4356, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑04‑1982
ECLI:NL:PHR:1982:AG4356, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑04‑1982
- Wetingang
Rv (oud) art. 828f; Rv (oud) art. 828i
Essentie
Alimentatie. Dag waarop de appeltermijn ingaat.
Samenvatting
Art. 828f lid 4 Rv strekt ertoe, juist in verband met de aanwending van rechtsmiddelen, te bevorderen dat de dag van de uitspraak, bepalend voor de aanvang van de appeltermijn (art. 828i lid 1 Rv), voor pp. en hun procureurs niet ongemerkt voorbijgaat. In de onderhavige zaak heeft de Rb. aan het voorschrift van art. 828f lid 4 niet de hand gehouden. Hoewel in een dergelijk geval voor een partij die in hoger beroep wenst te komen, behoefte aan verlenging van de beroepstermijn kan ontstaan, biedt de wet daartoe ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.