NJ 1980, 588
HR, 13-06-1980, nr. 11576
HR 13-06-1980, ECLI:NL:PHR:1980:AC3094, m.nt. G.J. Scholten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 juni 1980
- Magistraten
Ras, Drion, Haardt, Martens, De Groot
- Zaaknummer
11576
- Noot
G.J. Scholten
- LJN
AC3094
- JCDI
JCDI:ADS156060:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1980:AC3094, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑06‑1980
ECLI:NL:PHR:1980:AC3094, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑06‑1980
- Wetingang
BW art. 1417; BW art. 1474
Essentie
Afstand door een advocaat van zijn aanspraak op een bedongen honorarium. Is voor totstandkoming van die afstand vereist dat blijkt van aanvaarding door de wederpartij en dat de tot afstand strekkende verklaring is gericht tot de wederpartij?
Samenvatting
Het Hof heeft op grond van vermoedens de juistheid aanvaard van verweerders stelling dat Mr X bij de Raad van Toezicht afstand heeft gedaan van de vordering, welke berustte op het door X in okt. 1968 van verweerder bedongen honorarium. Voor de totstandkoming van een dergelijke afstand van een vorderingsrecht behoeft van aanvaarding door de wederpartij niet te blijken. Wel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.