NJ 1979, 352
HR, 25-07-1978, nr. 11264, nr. 11285: Lijntje en Tanna
HR 25-07-1978, ECLI:NL:PHR:1978:AC6335, m.nt. W.M. Kleijn (Lijntje en Tanna)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 juli 1978
- Magistraten
Ras, Minkenhof, Drion, Snijders, Haardt
- Zaaknummer
11264
11285
- Noot
W.M. Kleijn
- LJN
AC6335
- Roepnaam
Lijntje en Tanna
- JCDI
JCDI:ADS155942:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
Erfrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1978:AC6335, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑07‑1978
ECLI:NL:PHR:1978:AC6335, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑07‑1978
- Wetingang
BW art. 1196; Rv (oud) art. 48; Rv (oud) art. 398
Essentie
1. Ontvankelijkheid van cassatieberoep.
2. Ouderlijke boedelverdeling nietig omdat zij niet is gemaakt tussen alle ten tijde van het overlijden des erflaters in leven zijnde kinderen?
3. Het Hof heeft zich begeven buiten het kader van de rechtsstrijd van pp.
Samenvatting
T.a.v. middel I, aangevoerd door Lijntje E. Munters, eiseres tot cassatie in de zaak nr. 11264:
1. Het beroep van Tanna W. Munters, verweerster in cassatie onder 1 c.s. in de zaak nr. 11264, op niet-ontvankelijkheid van Lijntje dient te worden verworpen. T.a.v. het geschilpunt betr. de geldigheid van de ouderlijke boedelverdelingen is Lijntje door het Hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.