NJ 1977, 250
HR, 19-11-1976, nr. 11091
HR 19-11-1976, ECLI:NL:PHR:1976:AC5810
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 november 1976
- Magistraten
Ras, Minkenhof, Drion, Koster, Haardt
- Zaaknummer
11091
- LJN
AC5810
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1976:AC5810, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑11‑1976
ECLI:NL:PHR:1976:AC5810, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑11‑1976
- Wetingang
Rv (oud) art. 390 lid 2
Essentie
Kunnen in de loop van een request-civielprocedure nieuwe gronden worden aangevoerd?
Samenvatting
Art. 390, tweede lid, Rv. bepaalt dat het request-civiel de middelen zal behelzen waarop het verzoek is gegrond en dat geen andere middelen dan deze, noch op de terechtzitting, noch bij schrifturen, kunnen worden aangevoerd.
Reeds hierop moet het middel afstuiten nu het erover klaagt dat het Hof zich uitsluitend heeft geconcentreerd op de in de inleidende akte en dagvaarding genoemde grond, dat eiser na de uitspraak van het eerste arrest een stuk van beslissende aard nader in handen had bekomen, welk stuk door toedoen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.