NJ 1996, 8
Gebod in kort geding tot naleving arbitrale beslissing zonder exequatur?
Hof Amsterdam 13-01-1994, ECLI:NL:GHAMS:1994:AC2854
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
13 januari 1994
- Magistraten
Beukenhorst, De Brauw-Huydecoper, Bakels
- Zaaknummer
715/93
- LJN
AC2854
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:1994:AC2854, Uitspraak, Hof Amsterdam, 13‑01‑1994
- Wetingang
Rv (oud) art. 289; Rv (oud) art. 290; Rv (oud) art. 291; Rv (oud) art. 292; Rv (oud) art. 293; Rv (oud) art. 294; Rv (oud) art. 295; Rv (oud) art. 296; Rv (oud) art. 297; Rv (oud) art. 1062; Rv (oud) art. 1063
Essentie
Gebod in kort geding tot naleving van arbitrale beslissing zonder exequatur?
Samenvatting
Dit gebod is in strijd met de regeling betreffende de tenuitvoerlegging van arbitrale vonnissen in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Bovendien blijkt, nog afgezien van gestelde andere gebreken aan de arbitrale beslissing, van schending van het fundamentele beginsel van hoor en wederhoor, nu de beslissing is gebaseerd op een stuk dat aan één partij onbekend was en waarover deze zich niet had kunnen uitlaten.
Partij(en)
L.S. Bruining, te Den Hoorn, gemeente Texel, appellant, proc. mr. F. Kersch,
tegen
H. Bruining, te De Koog, gemeente ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.