Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Koninkrijk Saudi-Arabië tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen
Artikel 8 Zee- en luchtvervoer
Geldend
Geldend vanaf 01-12-2010
- Bronpublicatie:
13-10-2008, Trb. 2008, 214 (uitgifte: 17-12-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-12-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2010, Trb. 2010, 329 (uitgifte: 23-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Voordelen uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer zijn slechts belastbaar in de Verdragsluitende Staat waarin de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen.
2.
Indien de plaats van de werkelijke leiding van een scheepvaartonderneming zich aan boord van een schip bevindt, wordt deze plaats geacht te zijn gelegen in de Verdragsluitende Staat waar de thuishaven van het schip is gelegen, of indien een dergelijke thuishaven er niet is, in de Verdragsluitende Staat waarvan de exploitant van het schip inwoner is.
3.
De uitdrukking ‘voordelen uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer’ omvat:
- i.
voordelen verkregen uit de verhuur van een schip of luchtvaartuig met bemanning (tijdvak of reis) in internationaal vervoer;
- ii.
voordelen verkregen uit de verhuur op basis van verhuur zonder bemanning van een schip of luchtvaartuig in internationaal vervoer;
- iii.
voordelen verkregen uit het gebruik of de verhuur van containers en daarmee verband houdende uitrusting gebruikt in internationaal vervoer die direct verband houden met of ondergeschikt zijn aan inkomsten uit de internationale exploitatie van een schip of luchtvaartuig.
4.
De bepalingen van het eerste lid van dit artikel zijn ook van toepassing op voordelen uit de deelneming in een ‘pool’, een gemeenschappelijke onderneming of een internationaal opererend agentschap.
5.
De bepalingen van dit Verdrag laten de toepassing onverlet van de bepalingen van de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Koninkrijk Saudi-Arabië tot wederzijdse vrijstelling van belastingen geheven naar de inkomsten en winsten van luchtvaartondernemingen uit de uitoefening van luchtvervoer in internationaal verkeer en hun werknemers, ondertekend te Riyad op 16 januari 1991 (‘Luchtvaartovereenkomst’). In het geval van verschillen tussen dit Verdrag en de Luchtvaartovereenkomst, is de laatste doorslaggevend.