De faillissementspauliana
Einde inhoudsopgave
De faillissementspauliana (O&R nr. 75) 2012/6.3.2:6.3.2 Einde van het faillissement
De faillissementspauliana (O&R nr. 75) 2012/6.3.2
6.3.2 Einde van het faillissement
Documentgegevens:
mr. R.J. van der Weijden, datum 26-10-2012
- Datum
26-10-2012
- Auteur
mr. R.J. van der Weijden
- JCDI
JCDI:ADS380786:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Vgl. Star Busmann 1951, p. 247 en Wessels 2010, nr. 3193.
Vgl. Hof Arnhem 6 februari 1878, W. 4220.
Zie over het liquidatie-akkoord Soedira 2011, p. 70 e.v.
Zie HR 30 januari 1920, Nl 1920, 232. Zie ook Rb. Amsterdam 10 oktober 1899, W.7439 en Rb. Utrecht 6 december 1939, NJ 1940, 355.
Zie Van der Feltz I, p. 456.
Zie Rb. Rotterdam 12 december 1877, W. 4191.
Zie Star Busmann 1951, p. 248.
Zie Toelichting Voorontwerp Insolventiewet, p. 229.
Zie ook Frieling 2001, p. 144.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Het eindigen van het faillissement heeft logischerwijs tot gevolg dat rechtsvorderingen die door de curator op grond van art. 42 en 47 Fw zijn ingesteld, van rechtswege komen te vervallen. Er is in beginsel geen faillissementsboedel meer om te reconstrueren en er is bovendien geen persoon meer die bevoegd is om in rechte op te treden.1 Voor de beëindiging van het faillissement door (het in kracht van gewijsde gaan van) de homologatie van een akkoord, is deze regel nog eens bevestigd in art. 50 Fw.2 Een uitzondering wordt gemaakt wanneer het akkoord 'boedelafstand' inhoudt. Dit wordt ook wel een 'liquidatie-akkoord' genoemd.3 Een dergelijk akkoord heeft de strekking dat de schuldenaar de boedel geheel of gedeeltelijk ter beschikking van zijn schuldeisers stelt om door een aangewezen vereffenaar te worden afgewikkeld en de opbrengst onder hen te verdelen.4 In dat geval kunnen reeds ingestelde rechtsvorderingen die zijn gegrond op art. 42 en 47 Fw worden voortgezet door de vereffenaars. Ook kunnen dergelijke rechtsvorderingen worden ingesteld door de vereffenaars (art. 50 Fw).
Feitelijk betekent een akkoord zoals bedoeld in art. 50 Fw niets anders dan vervanging van een gerechtelijke vereffening van het vermogen van de schuldenaar door een contractuele.5 De schuldeisers hebben in dat geval nog steeds belang bij de vernietiging van rechtshandelingen die (de samenstelling van) het vermogen van de schuldenaar op een voor hen nadelige wijze hebben beïnvloed. Onder het tot 1896 geldende faillissementsrecht volgde uit de lagere rechtspraak echter dat de curator die door een dergelijk akkoord vereffenaar van de boedel was geworden, niet tot het instellen van de faillissementspauliana bevoegd was.6 Om die reden was het wenselijk deze bevoegdheid uitdrukkelijk in art. 50 Fw op te nemen.7 In het huidige recht wordt het begrip 'boedelafstand' amper nog gebruikt.8 In art. 3.2.10 van het Voorontwerp Insolventiewet is daarom opgenomen dat 'rechtsvorderingen, gegrond op de artikelen 3.2.1, 3.2.5 en 3.2.8 vervallen, tenzij in het akkoord is bepaald dat zij na insolventie ten behoeve van de schuldeisers kunnen worden vervolgd of ingesteld'. Omdat het bedoelde geval materieel neerkomt op boedelafstand,9 lijkt een inhoudelijke wijziging niet te zijn beoogd.
Eindigt het faillissement door het verbindend worden van de slotuitdelingslijst (art. 193 Fw), dan bestaat de mogelijkheid dat, wanneer blijkt dat er 'nog baten van de boedel aanwezig zijn, welke ten tijde van de vereffening niet bekend waren', de curator op bevel van de rechtbank tot vereffening en verdeling daarvan moet overgaan op basis van de bestaande uitdelingslijsten (art. 194 Fw). Frieling verdedigt dat onder 'baten' ook zijn begrepen (rechts)vorderingen jegens derden op grond van de faillissementspauliana.10 Deze baten zijn volgens hem niet alleen 'niet bekend' als de curator zich van het bestaan ervan in het geheel niet bewust is geweest. Ook als na de beëindiging van het faillissement nadere feiten of verhaalsmogelijkheden bekend worden, die een reeds bekende mogelijkheid om de faillissementspauliana in te stellen (meer) de moeite waard maken, is volgens hem aan dit criterium voldaan.