Smartengeld
Einde inhoudsopgave
Smartengeld 1998/7.3.2.10:7.3.2.10 Tussenbalans
Archief
Smartengeld 1998/7.3.2.10
7.3.2.10 Tussenbalans
Documentgegevens:
prof. mr. S.D. Lindenbergh, datum 21-06-1998
- Datum
21-06-1998
- Auteur
prof. mr. S.D. Lindenbergh
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Bij de begroting van de immateriële schade als gevolg van lichamelijk letsel gaat het om het vormen van een beeld van de ernst van het nadeel aan de hand van factoren waarvan aannemelijk is dat zij het welzijn van de benadeelde in aanzienlijke mate beïnvloeden. Daarbij staat zowel in het Nederlandse recht als in dat van naburige landen de aard en ernst van het letsel centraal. De eis van vergelijkbaarheid van gevallen brengt mee dat dient te worden gezocht naar een of meer kernfactoren die de basis vormen voor het smartengeldbedrag en aan de hand waarvan gevallen kunnen worden vergeleken. Daartoe kan een meer uitgewerkte algemene waardering van verschillende typen letsel dienen. Een dergelijke uitwerking zou bij voorkeur dienen te geschieden door een commissie van deskundigen, zoals artsen, rechters, letselschadeadvocaten, assuradeuren en rechtswetenschappers. Aldus kunnen de verschillende soorten letsel worden gewaardeerd naar de mate waarin zij voor een benadeelde in het algemeen nadeel met zich meebrengen en kunnen op basis van bestaande jurisprudentie richtbedragen met zekere marges worden bepaald. Binnen die marges kan worden gevarieerd naar de bijzondere omstandigheden van het geval, zoals meer uitzonderlijke uitwerkingen op sociale omgeving, werk, studie en vrijetijdsbesteding, de leeftijd en de mate van bewustheid van de benadeelde, de oorzaak van het letsel en de aard van de aansprakelijkheid. Op de omvang van de bedragen zal in § 7.4.2.2 worden ingegaan.