Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 318/2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 22-11-2008
- Redactionele toelichting
Deze wijziging wordt toegepast vanaf 01-01-2008. De wijzigingen van art. 32 en bijlage VIII zijn gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2008, L 307).
- Bronpublicatie:
26-09-2007, PbEU 2007, L 273 (uitgifte: 17-10-2007, regelingnummer: 1182/2007)
- Inwerkingtreding
22-11-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-09-2007, PbEU 2007, L 273 (uitgifte: 17-10-2007, regelingnummer: 1182/2007)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Agrarisch recht (V)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Verordening van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 36 en artikel 37, lid 2, derde alinea,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Europees Parlement (1),
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (2),
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Het functioneren en de ontwikkeling van de gemeenschappelijke markt voor landbouwproducten moeten gepaard gaan met de totstandbrenging van een gemeenschappelijk landbouwbeleid en dit beleid dient met name een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten te omvatten, welke ordening verschillende vormen kan aannemen naar gelang van de producten.
- (2)
De beginselen waarop de regeling voor de suikermarkt in de Gemeenschap nog steeds is gebaseerd, zijn in het verleden voor andere gemeenschappelijke marktordeningen ingrijpend hervormd. Om de in artikel 33 van het Verdrag omschreven doelstellingen te verwezenlijken, en met name om de markten in de sector suiker te stabiliseren en de betrokken landbouwbevolking een redelijke levensstandaard te verzekeren, is een fundamentele herziening van de gemeenschappelijke marktordening in de sector suiker nodig.
- (3)
Gezien deze ontwikkelingen dient Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (3) te worden ingetrokken en door een nieuwe verordening te worden vervangen.
- (4)
Er dienen referentieprijzen te worden vastgesteld voor standaardkwaliteiten van witte suiker en ruwe suiker. Deze standaardkwaliteiten moeten gemiddelde kwaliteiten zijn die representatief zijn voor de in de Gemeenschap geproduceerde suiker, en dienen te worden vastgesteld aan de hand van door de sector suiker gebruikte criteria. Ook moeten de standaardkwaliteiten kunnen worden herzien om met name rekening te houden met commerciële eisen en met ontwikkelingen op het gebied van technische analyse.
- (5)
Om over betrouwbare informatie over de suikerprijzen op de communautaire markt te kunnen beschikken dient een systeem voor de mededeling van prijzen te worden opgezet, op basis waarvan de marktprijsniveaus voor witte suiker dienen te worden vastgesteld.
- (6)
Om de communautaire telers van suikerbieten en suikerriet een redelijke levensstandaard te verzekeren, moet een minimumprijs worden vastgesteld voor quotumbieten van een nader te bepalen standaardkwaliteit.
- (7)
Specifieke instrumenten zijn nodig om op het gebied van rechten en plichten voor een redelijk evenwicht tussen de suikerproducerende ondernemingen en de suikerbietentelers te zorgen. Daarom moeten standaardbepalingen inzake de contractuele betrekkingen tussen de kopers en de verkopers van suikerbieten worden vastgesteld. Door de verscheidenheid van de natuurlijke, economische en technische omstandigheden is het moeilijk uniforme voorwaarden voor de aankoop van suikerbieten die in de hele Gemeenschap gelden, te bepalen. Ook bestaan reeds sectorale overeenkomsten tussen verenigingen van suikerbietentelers en suikerproducerende ondernemingen. In het licht van een en ander dienen in kaderbepalingen alleen de minimumgaranties te worden vastgesteld die voor een soepel functioneren van de suikermarkt niet alleen aan de suikerbietentelers moeten worden geboden, maar ook aan de suikerindustrie, met de mogelijkheid om door middel van een sectorale overeenkomst van sommige regels af te wijken.
- (8)
De redenen waarom de Gemeenschap in het verleden een stelsel van productiequota voor suiker, isoglucose en inulinestroop heeft ingevoerd, zijn nog steeds geldig. In verband met ontwikkelingen in de Gemeenschap en op internationaal niveau dient het productiesysteem echter te worden aangepast, waarbij nieuwe regelingen moeten worden ingesteld en de quota moeten worden verlaagd. Net als in het oude quotastelsel dient elke betrokken lidstaat quota toe te kennen aan de op zijn grondgebied gevestigde ondernemingen. Het juridische statuut van de quota moet in de nieuwe gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker worden gehandhaafd, aangezien het quotastelsel volgens de jurisprudentie van het Hof van Justitie een mechanisme ter regulering van de markt in de sector suiker is dat is gericht op de verwezenlijking van doelstellingen van algemeen belang.
- (9)
Na de recente besluiten over uitvoersubsidies van het Panel van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en de Beroepsinstantie inzake de uitvoersubsidies van de EG voor suiker dient, om voor de communautaire marktdeelnemers een soepele overgang van het oude naar het nieuwe quotastelsel mogelijk te maken, de mogelijkheid te worden geopend dat in het verkoopseizoen 2006/2007 aan de ondernemingen in de sector suiker een extra quotum wordt toegekend onder zodanige voorwaarden dat rekening wordt gehouden met de lagere waarde van C-suiker.
- (10)
Om een tegenwicht te bieden aan de effecten die de daling van de suikerprijzen zal hebben voor isoglucose, en om te voorkomen dat nadeel wordt ondervonden bij de productie van sommige isoglucosekwaliteiten, dienen extra quota te worden toegekend aan de bestaande houders van een isoglucosequotum. Daarenboven moeten aanvullende quota beschikbaar zijn voor aanpassingen van de zoetstofsector van een aantal lidstaten onder de voorwaarden die gelden voor de toekenning van extra suikerquota.
- (11)
Om ervoor te zorgen dat de communautaire productie van suiker, isoglucose en inulinestroop in voldoende mate afneemt, moet het de Commissie mogelijk worden gemaakt om na de beëindiging van het herstructureringsfonds in 2010 de quota op zodanige wijze aan te passen dat zij op een duurzaam niveau komen.
- (12)
Gezien de noodzaak enige nationale flexibiliteit mogelijk te maken met het oog op de structurele aanpassing van de verwerkende industrie en van de teelt van suikerbieten en suikerriet in de periode waarin de quota gelden, dient de lidstaten te worden toegestaan de quota van de ondernemingen binnen bepaalde grenzen te wijzigen, zonder beperking van de werking van het herstructureringsfonds dat bij Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap (4) als instrument is ingesteld.
- (13)
De fusie of vervreemding van ondernemingen of de vervreemding of verhuur van fabrieken leidt tot de toekenning of verlaging van suikerquota. De voorwaarden waaraan de lidstaten bij de aanpassing van de quota van de betrokken suikerproducerende ondernemingen moeten voldoen, dienen te worden vastgesteld en daarbij moet ervoor worden gezorgd dat de belangen van de betrokken telers van suikerbieten of suikerriet niet worden geschaad door de wijzigingen van de quota van suikerproducerende ondernemingen.
- (14)
Aangezien de toekenning van een productiequotum aan ondernemingen een middel is om ervoor te zorgen dat de telers van suikerbieten en suikerriet de communautaire prijzen uitbetaald krijgen en een afzetmogelijkheid hebben voor hun productie, moet bij de overdracht van quota binnen productiegebieden rekening worden gehouden met de belangen van alle betrokken partijen, waaronder met name de telers van suikerbieten en suikerriet.
- (15)
Om de afzetmogelijkheden voor suiker, isoglucose en inulinestroop op de interne markt van de Gemeenschap te vergroten, dient het mogelijk te zijn onder vast te stellen voorwaarden de productie van suiker, isoglucose en inulinestroop die worden gebruikt voor de vervaardiging in de Gemeenschap van bepaalde producten zoals chemische producten, farmaceutische producten, alcohol of rum, als productie buiten het quotum te beschouwen.
- (16)
Een deel van de productie buiten het quotum dient te worden gebruikt om een adequate voorziening van de ultraperifere gebieden te garanderen, of kan worden uitgevoerd in het kader van de WTO-verbintenissen van de Gemeenschap.
- (17)
Er dient te worden voorzien in een regeling die het mogelijk maakt om in het geval dat de productie van suiker, isoglucose of inulinestroop het quotum overtreft, de overtollige suiker, isoglucose of inulinestroop over te boeken en als quotumproductie van het volgende verkoopseizoen te behandelen om te voorkomen dat het overschot de suikermarkt verstoort.
- (18)
Voor productie buiten het quotum kan gebruik worden gemaakt van bepaalde regelingen. Indien daarbij voor sommige hoeveelheden niet aan de geldende voorwaarden wordt voldaan, dient voor die hoeveelheden een overschotheffing te worden opgelegd om een zodanige opeenstapeling ervan dat een risico voor de marktsituatie ontstaat, te voorkomen.
- (19)
Er dient een productieheffing te worden ingevoerd als bijdrage in de financiering van de met de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker gemoeide uitgaven.
- (20)
Met het oog op een efficiënte controle op de productie van de marktdeelnemers die suiker, isoglucose of inulinestroop produceren, dient een systeem voor de erkenning van dergelijke marktdeelnemers te worden ingevoerd en moet van hen worden verlangd dat zij aan de betrokken lidstaat gedetailleerde informatie over hun productie verstrekken.
- (21)
Er moet een tijdelijk en beperkt aankoopinterventiesysteem worden gehanteerd om bij te dragen tot de stabilisatie van de markt voor gevallen waarin de marktprijzen in een bepaald verkoopseizoen dalen tot onder de voor het volgende verkoopseizoen vastgestelde referentieprijs.
- (22)
Nieuwe, door de Commissie te beheren marktinstrumenten moeten worden ingevoerd. In de eerste plaats moeten de marktdeelnemers in het geval dat de marktprijzen onder de referentieprijs voor witte suiker dalen, onder door de Commissie te bepalen voorwaarden gebruik kunnen maken van een regeling voor particuliere opslag. In de tweede plaats moet, voor het behoud van het structurele evenwicht op de markten voor suiker op een prijsniveau dat dicht bij de referentieprijs ligt, de Commissie kunnen besluiten om zo lang als voor het herstel van het marktevenwicht nodig is, suiker aan de markt te onttrekken.
- (23)
Als gevolg van de eenmaking van de communautaire markt voor suiker is aan de buitengrenzen van de Gemeenschap een regeling van het handelsverkeer nodig. In beginsel kan de communautaire markt worden gestabiliseerd door een regeling van het handelsverkeer die invoerrechten en uitvoerrestituties omvat. Deze regeling dient te zijn gebaseerd op de verbintenissen die zijn aangegaan bij de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguayronde.
- (24)
Om de omvang van de handel in suiker met derde landen te kunnen volgen dient een stelsel van invoer- en uitvoercertificaten te worden opgezet dat voorziet in het stellen van een zekerheid om de daadwerkelijke uitvoering te garanderen van de transacties waarvoor deze certificaten worden afgegeven.
- (25)
Om ervoor te zorgen dat de voornoemde regeling van het handelsverkeer naar behoren kan functioneren, dient de mogelijkheid te worden geopend om de toepassing van de regeling actieve veredeling te reguleren of, wanneer de marktsituatie dat vereist, te verbieden.
- (26)
Het stelsel van douanerechten maakt het mogelijk af te zien van iedere andere beschermende maatregel aan de buitengrenzen van de Gemeenschap. Onder uitzonderlijke omstandigheden kunnen de voor de interne markt en de douanerechten geldende regelingen echter tekortschieten. Om de communautaire markt in dergelijke gevallen niet zonder bescherming te laten tegen verstoringen die daaruit kunnen voortvloeien, moet de Gemeenschap in staat worden gesteld snel alle vereiste maatregelen te nemen. Die maatregelen moeten in overeenstemming zijn met de internationale verplichtingen van de Gemeenschap.
- (27)
De douanerechten die op grond van de WTO-overeenkomsten gelden voor landbouwproducten, zijn voor het grootste deel vastgesteld in het gemeenschappelijk douanetarief. In verband met de instelling van aanvullende regelingen moeten echter voor sommige producten die onder deze verordening vallen, afwijkingen kunnen worden vastgesteld.
- (28)
Om de nadelen voor de communautaire markt die het gevolg kunnen zijn van de invoer van bepaalde landbouwproducten, te voorkomen of te beperken, moet onder bepaalde voorwaarden bij de invoer van die producten een aanvullend recht worden geheven.
- (29)
Onder bepaalde voorwaarden dient aan de Commissie de bevoegdheid te worden verleend om de tariefcontingenten te openen en te beheren die voortvloeien uit de overeenkomstig het Verdrag gesloten internationale overeenkomsten of uit andere handelingen van de Raad.
- (30)
De Gemeenschap heeft verscheidene regelingen voor preferentiële markttoegang getroffen met derde landen die het die landen mogelijk maakt onder gunstige voorwaarden rietsuiker uit te voeren naar de Gemeenschap. In verband daarmee is het noodzakelijk de behoefte aan suiker voor raffinage te ramen en de betrokken invoercertificaten onder bepaalde voorwaarden te reserveren voor gespecialiseerde gebruikers van aanmerkelijke hoeveelheden ruwe rietsuiker, die geacht worden voltijdraffinaderijen in de Gemeenschap te zijn.
- (31)
De mogelijkheid voor de Gemeenschap om deel te nemen aan de internationale handel in suiker dient te worden veiliggesteld door middel van bepalingen inzake de toekenning van restituties bij uitvoer naar derde landen die zijn gebaseerd op het prijsverschil tussen de Gemeenschap en de wereldmarkt en die binnen de grenzen blijven van de verbintenissen die de Gemeenschap in de WTO is aangegaan. Voor de gesubsidieerde uitvoer moeten derhalve grenzen aan de hoeveelheid en aan de begrotingsuitgaven worden gesteld.
- (32)
Voor de inachtneming van de grenzen aan de waarde van de restituties bij uitvoer moet worden gezorgd bij de vaststelling van die restituties, zulks via het toezicht op de betalingen overeenkomstig de voorschriften betreffende het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw. Het toezicht kan door verplichte vaststelling vooraf van de uitvoerrestituties worden vergemakkelijkt, waarbij in het geval van gedifferentieerde restituties de mogelijkheid dient te worden geboden om binnen een geografisch gebied waarvoor hetzelfde eenheidsbedrag van de uitvoerrestituties geldt, de vermelde bestemming door een andere te vervangen. Bij wijziging van de bestemming dient de voor de werkelijke bestemming geldende uitvoerrestitutie te worden betaald met als maximum het eenheidsbedrag dat geldt voor de vooraf vastgestelde bestemming.
- (33)
De inachtneming van de grenzen aan de hoeveelheid moet worden gegarandeerd door middel van een betrouwbaar en effectief toezichtsysteem. Daartoe moet de toekenning van uitvoerrestituties afhankelijk worden gesteld van de overlegging van een uitvoercertificaat. Uitvoerrestituties dienen te worden toegekend tot de hoeveelheden waarvoor dit binnen de gestelde grenzen mogelijk is, naar gelang van de specifieke situatie voor elk betrokken product. Daarop kunnen alleen uitzonderingen worden gemaakt voor niet in bijlage I bij het Verdrag genoemde verwerkte producten, waarvoor geen grenzen aan de hoeveelheid gelden. Van een strikte toepassing van de beheersregels moet kunnen worden afgeweken in het geval van uitvoer met uitvoerrestituties waarbij het niet waarschijnlijk is dat de vastgestelde hoeveelheid zal worden overschreden.
- (34)
Het behoorlijk functioneren van de op gemeenschappelijke prijzen gebaseerde eengemaakte markt zou door de toekenning van nationale steun in gevaar worden gebracht. Daarom dienen de Verdragsbepalingen betreffende staatssteun te gelden voor de producten die onder deze gemeenschappelijke marktordening vallen. Niettemin dient de toekenning van bepaalde staatssteun te worden toegestaan ter leniging van de gevolgen die de hervorming van de suikersector in bepaalde omstandigheden naar verwacht zal hebben.
- (35)
In lidstaten met een beduidende verlaging van de suikerquota zullen de suikerbietenproducenten geconfronteerd worden met bijzonder ernstige aanpassingsproblemen. In die gevallen zal de communautaire overgangssteun aan de suikerbietentelers onvoldoende zijn om hun moeilijkheden volledig op te vangen. Bijgevolg dienen de lidstaten die hun quota met meer dan 50 % verlaagd hebben toestemming te krijgen om tijdens de toepassingsperiode van de communautaire overgangssteun staatssteun aan de suikerbietentelers toe te kennen. Om te voorkomen dat de lidstaten die staatssteun toekennen de noden van hun suikerbietentelers overschrijden dient voor de bepaling van het totale bedrag van de betrokken staatssteun toestemming van de Commissie te worden verkregen, behalve in het geval van Italië waar de maximumbehoefte voor de meest productieve suikerbiet om zich na de hervorming aan de marktomstandigheden aan te passen, geraamd kan worden op 11 EUR per ton geteelde suikerbiet. Daarenboven moeten er wegens de specifieke in Italië te verwachten problemen regelingen worden getroffen om suikerbietentelers toe te staan direct of indirect in aanmerking te komen voor de toegekende staatssteun.
- (36)
In Finland is de suikerbietenteelt onderhevig aan bijzondere geografische en klimatologische omstandigheden die, naast de algemene gevolgen van de hervorming van de suikersector, een negatieve invloed hebben op de teelt. Daarom moet de mogelijkheden worden geboden dat de liststaat zijn suikerbietentelers doorlopend een passend bedrag aan staatssteun mag toekennen.
- (37)
Er dient te worden voorzien in de mogelijkheid maatregelen te nemen bij een aanzienlijke prijsstijging of -daling die de communautaire markt verstoort of dreigt te verstoren. Een dergelijke maatregel kan inhouden dat een contingent tegen verlaagd tarief wordt geopend om zo lang als nodig is, suiker uit de wereldmarkt in te voeren.
- (38)
Omdat de gemeenschappelijke suikermarkt voortdurend in beweging is, dienen de lidstaten en de Commissie elkaar op de hoogte te houden van de relevante ontwikkelingen.
- (39)
De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (5).
- (40)
De Commissie dient te worden gemachtigd om in een spoedeisend geval de voor de oplossing van specifieke praktische problemen benodigde maatregelen vast te stellen.
- (41)
De suikerproductie in de ultraperifere gebieden van de Gemeenschap heeft kenmerken die deze productie anders maken dan de suikerproductie in de rest van de Gemeenschap. Daarom dient de financiële steun aan de sector suiker in die gebieden te worden verleend door na de inwerkingtreding van de steunprogramma's ten behoeve van de lokale productie die de lidstaten opstellen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 247/2006 van de Raad van 30 januari 2006 houdende specifieke maatregelen op landbouwgebied ten behoeve van de ultraperifere gebieden van de Unie (6), in het kader van die programma's middelen toe te wijzen aan de betrokken landbouwers. Om dezelfde reden dient Frankrijk toestemming te krijgen om een vast bedrag aan staatssteun toe te kennen aan zijn ultraperifere gebieden.
- (42)
De uitgaven die de lidstaten doen als gevolg van de uit de toepassing van deze verordening voortvloeiende verplichtingen, moeten door de Gemeenschap worden gefinancierd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (7), en vanaf 1 januari 2007 overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid.
- (43)
Bij de overgang van de bij Verordening (EG) nr. 1260/2004 vastgestelde regeling naar de bij deze verordening vastgestelde regeling, alsook bij de overgang van de marktsituatie in het verkoopseizoen 2005/2006 naar de marktsituatie in het verkoopseizoen 2006/2007 en in het kader van de internationale verplichtingen van de Gemeenschap ten aanzien van C-suiker zoals bedoeld in artikel 13 van Verordening (EG) nr. 1260/2001, zouden zich problemen kunnen voordoen die in deze verordening niet worden behandeld. Om dergelijke moeilijkheden te kunnen aanpakken moet de Commissie in staat worden gesteld overgangsmaatregelen aan te nemen,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Voetnoten
Advies uitgebracht op 19 januari 2006 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).
Advies uitgebracht op 26 oktober 2005 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).
PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).
Zie blz. 42 van dit Publicatieblad.
PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.
PB L 42 van 14.2.2006, blz. 1.
PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103. Verordening ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1290/2005 (PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1).