Overeenkomst tot arbitrage
Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tot arbitrage (BPP nr. 13) 2011/11.4.2.1:11.4.2.1 Inleiding
Overeenkomst tot arbitrage (BPP nr. 13) 2011/11.4.2.1
11.4.2.1 Inleiding
Documentgegevens:
Mr. G.J. Meijer, datum 20-07-2011
- Datum
20-07-2011
- Auteur
Mr. G.J. Meijer
- JCDI
JCDI:ADS505954:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Aangenomen moet worden dat het scheidsgerecht bij interventie van derden in het arbitraal geding ambtshalve onderzoekt of de daartoe op grond van art. 1045 lid 3 Rv verlangde toetredingsovereenkomst bestaat (zie 9.2.4.3 en 11.2.3.4). Het is evenwel niet geheel denkbeeldig dat het scheidsgerecht deelname aan het geding toelaat, terwijl de derde niet bij schriftelijke overeenkomst met de partijen tot de overeenkomst tot arbitrage is toegetreden. Vraag is of de partijen en/of de derde alsdan volgend op de toelating van de derde aan het arbitraal geding zich erop moeten beroepen dat een toetredingsovereenkomst ontbreekt. Hierbij moeten wij onderscheid maken tussen voeging en tussenkomst (zie 11.4.2.2) enerzijds en vrijwaring anderzijds (zie 11.4.2.3).