NJ 2019/228:Vervolgingsuitlevering naar Marokko; reëel gevaar dat in strijd met art. 3 EVRM verkregen verklaringen zullen worden gebruikt; risico van flagrante inbreuk op art. 6 EVRM; geen effectief rechtsmiddel.

NJ 2019/228

Vervolgingsuitlevering naar Marokko; reëel gevaar dat in strijd met art. 3 EVRM verkregen verklaringen zullen worden gebruikt; risico van flagrante inbreuk op art. 6 EVRM; geen effectief rechtsmiddel.

Documentgegevens:

HR 30-10-2018, ECLI:NL:HR:2018:2019, m.nt. N. Rozemond

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 30 oktober 2018
Magistraten: Mrs. J. de Hullu, A.J.A. van Dorst, V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers
Zaaknummer: 18/01344 U
Conclusie: plv. A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
Noot: N. Rozemond
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS56534:1
Vakgebied(en): Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2018:2019, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑10‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1086, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑10‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑02‑2018
Wetingang: Art. 3, 6, 13 EVRM; art. 2 IVBPR; art. 28 Uitleveringswet

Essentie

Vervolgingsuitlevering naar Marokko; reëel gevaar dat in strijd met art. 3 EVRM verkregen verklaringen zullen worden gebruikt; risico van flagrante inbreuk op art. 6 EVRM; geen effectief rechtsmiddel.

Samenvatting

De rechtbank heeft kunnen oordelen dat i. een reëel gevaar bestaat dat de voor de opgeëiste persoon belastende verklaringen van de medeverdachten zijn verkregen in strijd met art. 3 EVRM en dat deze verklaringen zullen worden toegelaten als bewijs in de strafprocedure tegen de opgeëiste persoon, ii. dat de door de verzoekende staat gegeven garantie voor een eerlijk en transparant proces te algemeen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.