Rb. Noord-Holland, 25-10-2017, nr. 6273126 / OA VERZ 17-111
ECLI:NL:RBNHO:2017:9361
- Instantie
Rechtbank Noord-Holland
- Datum
25-10-2017
- Zaaknummer
6273126 / OA VERZ 17-111
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBNHO:2017:9361, Uitspraak, Rechtbank Noord-Holland, 25‑10‑2017; (Op tegenspraak, Beschikking)
- Vindplaatsen
AR 2017/5982
AR-Updates.nl 2017-1377
VAAN-AR-Updates.nl 2017-1377
Uitspraak 25‑10‑2017
Inhoudsindicatie
Verzoek ontbinding arbeidsovereenkomst wegens bedrijfseconomische omstandigheden (na weigering UWV toestemming opzegging) afgewezen. Tegenverzoek werknemer tot hervatting van de werkzaamheden toegewezen.
Partij(en)
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Afdeling Privaatrecht
Sectie Kanton - locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 6273126 / AO VERZ 17-111
Uitspraakdatum: 25 oktober 2017
Beschikking in de zaak van:
de besloten vennootschap Honeywell Aerospace B.V.,
gevestigd te Amsterdam
verzoekende partij
verder te noemen: Aerospace
gemachtigde: mr. J.N. Huyzer
tegen
[verweerder] ,
wonende te [woonplaats]
verwerende partij
verder te noemen: [verweerder]
gemachtigde: mr. M.A.M. Lem
1. Het procesverloop
1.1.
Aerospace heeft een verzoek gedaan om de arbeidsovereenkomst tussen partijen te ontbinden. [verweerder] heeft een verweerschrift en tegenverzoeken ingediend.
1.2.
Op 27 september 2017 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht.
2. De feiten
2.1.
[verweerder] , geboren op [geboortedatum] 1960 , is op 1 september 1999 in dienst getreden bij (een rechtsvoorgangster van) Aerospace. De laatste functie die [verweerder] vervulde, is die van Technical Support Engineer (verder ook: TSE) dan wel Field Service Engineer (verder ook: FSE), met een salaris van € 7.573,82 bruto per maand.
2.2.
De werkzaamheden van [verweerder] bestaan voor een groot deel uit “dedicated” ondersteuning (exclusief bedienen) van Ryanair in Dublin. Daarnaast verricht [verweerder] Techconnect werkzaamheden en Aerospace Technical Support Organization (ATS) case support werkzaamheden. Deze werkzaamheden worden verricht ten behoeve van diverse luchtvaartmaatschappijen die producten van Honewell International Inc., dan wel een van haar businessgroepen, hebben afgenomen.
2.3.
Aerospace maakt deel uit van het internationale concern Honewell International Inc. en heeft twee vestigingen in Nederland. De ene vestiging bevindt zich in Rosmalen en de andere vestiging, waar [verweerder] werkt, is gevestigd in Amsterdam. Bij de vestiging in Rosmalen werken ongeveer 85 personen en in Amsterdam werken twee medewerkers. In Rosmalen worden werkzaamheden verricht die geen verband houden met de luchtvaartsector. De collega van [verweerder] in Amsterdam verricht ondersteunende werkzaamheden voor de luchtvaartsector op het gebied van elektrotechniek.
2.4.
Honewell International Inc. heeft een reorganisatieplan opgesteld. In een e-mailbericht van [naam 1] , Chief HR Councel Aerospace, van 25 juli 2016 wordt de achtergrond van de reorganisatie uitgelegd. Volgens het voortgangsrapport “EMEAI AERO EWC update” uit augustus 2016 leidt de reorganisatie wereldwijd tot het vervallen van tientallen arbeidsplaatsen.
2.5.
Op 30 maart 2017 heeft Aerospace een ontslagvergunning wegens bedrijfseconomische redenen voor [verweerder] aangevraagd bij het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV).
2.6.
Op 31 maart 2017 heeft Aerospace [verweerder] schriftelijk bericht dat zijn functie van Principal Field Service Engineer per 10 april 2017 zal komen te vervallen. In deze brief staat voorts dat Honewell de mogelijkheden tot herplaatsing in een andere functie binnen Nederland heeft onderzocht. Aerospace heeft [verweerder] een beëindigingsvoorstel gedaan maar [verweerder] heeft hiermee niet ingestemd.
2.7.
Het UWV heeft bij brief van 26 juni 2017 geweigerd om aan Aerospace toestemming te geven voor de opzegging van de arbeidsovereenkomst met [verweerder] .
3. Het verzoek
3.1.
Aerospace verzoekt de arbeidsovereenkomst met [verweerder] te ontbinden op grond van artikel 7:671b lid 1, onderdeel b, van het Burgerlijk Wetboek (BW), in verbinding met artikel 7:669 lid 3, onderdeel a, BW.
3.2.
Aan dit verzoek legt Aerospace ten grondslag dat sprake is van – kort gezegd – een bedrijfseconomische reden waardoor de arbeidsplaats van [verweerder] komt te vervallen. Ter onderbouwing daarvan heeft Aerospace het volgende naar voren gebracht. [verweerder] werkte vroeger als FSE op locatie en werkt nu als dedicated TSE voor Ryanair in Ierland. [verweerder] is vanuit Nederland het vaste aanspreekpunt en de vaste account manager voor Ryanair. Een reguliere dedicated Engineer is permanent bij de betreffende klant op locatie aanwezig. In die zin is de functie van [verweerder] een vreemde eend in de bijt nu [verweerder] zijn werk vanuit Nederland verricht. Als er geen prangende vragen van Ryanair zijn, beantwoordt [verweerder] vragen van klanten via ATS en helpt hij hen technische problemen op te lossen. De vraag van de klanten naar hulp op afstand, in plaats van ondersteuning ter plaatse, is toegenomen. Ondersteuning ter plaatse is duurder. Om toch de vereiste respons en dienstverlening te verlenen heeft Aerospace ATS ontworpen. In lijn met deze ontwikkeling is Aerospace wereldwijd aan het reorganiseren. De veranderingen in de organisatie moeten leiden tot een doelmatige organisatiestructuur die beter aansluit op de prijs die klanten willen betalen voor de service. Klanten willen een goed serviceniveau maar tegen lagere kosten. Een van de uitgangspunten van de reorganisatie is dat zoveel mogelijk klanten overstappen naar het Techconnect systeem. Techconnect gaat uit van ondersteuning op afstand met minder fysieke bezoeken in plaats van dedicated support. Het Techconnect systeem heeft de ATS helpdesk als uitgangspunt. Deze helpdesk bevindt zich gecentraliseerd in het Verenigd Koninkrijk. Aerospace wil voorkomen dat haar ATS dienstverleners zich gefragmenteerd door Europa bevinden, zeker waar het locaties betreft waar geen strategisch belang meer is. In Nederland zijn geen klanten meer. Behoudens EasyJet maken alle Europese luchtvaartmaatschappijen gebruik van het Techconnect systeem. De Technical Support Engineers moeten daarbij zo dicht mogelijk bij de klant worden geplaatst. Als er in een voorkomend geval toch moet worden gereisd dan kan de medewerker sneller ter plaatste zijn.
3.3.
Ook Ryanair wordt vanaf april 2017 centraal via het Techconnect systeem bediend vanuit het Verenigd Koninkrijk. Daarmee zijn ook de reguliere fysieke bezoeken van [verweerder] niet langer nodig. Als er toch een bezoek nodig is, wordt dat gedaan door een Engineer vanuit het Verenigd Koninkrijk omdat deze persoon sneller ter plaatse kan zijn. Na het doorvoeren van de organisatorische wijzigingen is een drastische verbetering van de snelheid waarbinnen problemen van Ryanair worden opgelost zichtbaar. Hieruit blijkt dat Ryanair beter kan worden bediend via de ATS helpdesk. De functie van [verweerder] vervalt omdat hij voor 65-75% werkzaam was voor Ryanair. Deze unieke functie verricht [verweerder] vanuit de vestiging in Amsterdam. Herplaatsing in een andere functie is onderzocht maar niet mogelijk gebleken.
4. Het verweer en de tegenverzoeken
4.1.
[verweerder] verweert zich tegen het verzoek en stelt dat de verzochte ontbinding moet worden afgewezen. Hij voert daartoe – samengevat – onder meer het volgende aan. [verweerder] stelt dat hij eigenlijk in dienst is van Honeywell International Inc. en dat voor de beantwoording van de vragen of er arbeidsplaatsen zijn vervallen naar Honeywell International Inc. gekeken moet worden. Dat geldt ook voor toepassing van het afspiegelingsbeginsel en de herplaatsingsplicht. [verweerder] stelt voorts dat zijn functie niet Technical Support Engineer is maar Field Service Engineer. Hij maakt deel uit van een internationaal team van 10 Field Service Engineers die allen op basis van dezelfde functieomschrijving service- en technische onderhoudswerkzaamheden verrichten. De functie van [verweerder] is dan ook niet uniek. [verweerder] heeft net als de andere FSE-ers vaste grote klanten (Ryanair) en daarnaast verricht hij werkzaamheden via de ATS Helpdesk. Al in 2014 konden kleinere klanten niet langer een beroep doen op een vaste FSE-er, maar moesten zij gebruik maken van ATS ondersteuning. Uit de door Aerospace overgelegde gegevens valt niet af te leiden waarom een reorganisatie noodzakelijk is noch is uitgelegd wat de gevolgen zijn voor de verschillende aanwezige functies en de verdeling van de eventuele resterende werkzaamheden. [verweerder] betwist dat Ryanair vanaf april 2017 gecentraliseerd wordt bediend vanuit het Verenigd Konikrijk via het Techconnect systeem. [naam 2] heeft het werk van [verweerder] overgenomen, zo volgt uit de brief van Honeywell Aerospace aan Ryanair. [verweerder] bezocht Ryanair maar zo’n vier keer per jaar en dat kan vanuit Nederland net zo goed als vanuit het Verenigd Koninkrijk. Als er al een arbeidsplaats vervalt, dient binnen de afdeling EMEAI van Honeywell International Inc. te worden afgespiegeld. Aerospace heeft geen gegevens overgelegd waaruit kan worden afgeleid dat een juiste afspiegeling heeft plaatsgevonden.
4.2.
Voor zover de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden, verzoekt [verweerder] om toekenning van de transitievergoeding en een billijke vergoeding van € 100.247,00.
4.3.
Voor zover de arbeidsovereenkomst niet wordt ontbonden verzoekt [verweerder] onder verbeurte van een dwangsom weder te werk te worden gesteld in zijn functie van FSE bij Ryanair. Ook verzoekt [verweerder] om toekenning van een bedrag van € 9.592,51 ter zake van vergoeding van de kosten voor rechtsbijstand in de UWV procedure. Aerospace heeft daartegen verweer gevoerd.
5. De beoordeling
Het verzoek
5.1.
Het gaat in deze zaak om de vraag of de arbeidsovereenkomst tussen partijen moet worden ontbonden.
5.2.
Aerospace heeft aan het verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst ten grondslag gelegd dat sprake is van een bedrijfseconomische reden, zoals bedoeld in artikel 7:669 lid 3, onderdeel a BW. Gelet op artikel 7:671b lid 1, onderdeel b, BW, kan op deze grond een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst worden gedaan, omdat het UWV bij eerdergenoemd besluit heeft geweigerd om aan Aerospace op die grond toestemming te geven voor de opzegging van de arbeidsovereenkomst.
5.3.
Aerospace heeft het verzoek tijdig ingediend, nu het is ontvangen binnen twee maanden na de dag waarop de toestemming door het UWV is geweigerd. Het besluit van het UWV is immers van 26 juni 2017 en het verzoek is ontvangen op 24 augustus 2017.
5.4.
De kantonrechter stelt voorop dat uit artikel 7:669 lid 1 BW volgt dat de arbeidsovereenkomst alleen kan worden ontbonden indien daar een redelijke grond voor is. In artikel 7:669 lid 3 BW is nader omschreven wat onder een redelijke grond moet worden verstaan. Bij dit verzoek moet Aerospace aantonen dat de arbeidsplaats van [verweerder] is vervallen als gevolg van het wegens bedrijfseconomische omstandigheden treffen van maatregelen voor een doelmatige bedrijfsvoering. Bij regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 april 2015 (Stcrt. 2015/12685) zijn daarvoor nadere regels gesteld (Ontslagregeling). Artikel 3 van de Ontslagregeling bepaalt dat indien arbeidsplaatsen vervallen bij een werkgever, wiens onderneming deel uitmaakt van een groep, of die meer dan één onderneming in stand houdt, de noodzaak voor het vervallen van arbeidsplaatsen wordt beoordeeld aan de hand van de omstandigheden die van toepassing zijn op de onderneming waar de arbeidsplaatsen vervallen. De Uitvoeringregels bij ontslag wegens bedrijfseconomische omstandigheden van het UWV bepalen dat de volgende gegevens in een geval als het onderhavige moeten worden overgelegd:
- een beschrijving van de organisatorische en/of de technologische veranderingen en een toelichting waaruit blijkt dat zij voor een doelmatige bedrijfsvoering noodzakelijk zijn;
- een organogram van vóór en na de veranderingen;
- de gevolgen van de veranderingen voor de verschillende afdelingen, aanwezige functies, het aantal arbeidsplaatsen per functie en de verdeling van de eventueel resterende werkzaamheden;
- ingeval er nieuwe functies ontstaan, de functieomschrijvingen van deze nieuwe functie(s).
5.5.
Naar het oordeel van de kantonrechter leveren de door Aerospace naar voren gebrachte feiten en omstandigheden geen redelijke grond voor ontbinding op. Daartoe wordt het volgende overwogen. Het staat een onderneming vrij om haar organisatie aan te passen aan de gewijzigde marktomstandigheden. In dat verband is de kantonrechter voldoende gebleken dat de vliegtuigmaatschappijen in de toekomst efficiënter bediend kunnen worden door te werken met Techconnect en ATS in plaats van met dedicated service. Dat er inmiddels maatregelen zijn getroffen voor een doelmatiger bedrijfsvoering is eveneens duidelijk. Artikel 7:669, derde lid, onder a van het BW schrijft echter ook voor dat als gevolg van die maatregelen arbeidsplaatsen moeten zijn vervallen. De kantonrechter oordeelt dat aan dat vereiste niet is voldaan, althans dat Aerospace onvoldoende duidelijk heeft gemaakt dat er arbeidsplaatsen door het treffen van de maatregelen zijn vervallen.
5.6.
Hoewel ingevolge artikel 3 van de Ontslagregeling de noodzaak voor het vervallen van arbeidsplaatsen moet worden beoordeeld aan de hand van de omstandigheden die van toepassing zijn op de onderneming waar de arbeidsplaatsen vervallen, kan de kantonrechter de situatie niet slechts beoordelen aan de hand van de situatie in Nederland. Daarvoor is de arbeidsplaats van [verweerder] internationaal te zeer ingebed. De vestiging van Aerospace in Rosmalen ziet op totaal andere activiteiten van Honeywell. De vestiging van Aerospace in Amsterdam bestaat slechts uit twee personen. [verweerder] werkt veelal vanuit huis en krijgt zijn orders vanuit het Verenigd Koninkrijk. Uit de stellingen en overgelegde stukken volgt dat [verweerder] juridisch in dienst is van Aerospace maar feitelijk deel uitmaakt van een internationaal, vanuit het Verenigd Koninkrijk aangestuurd, team onder leiding van [naam 3] . Het internationale team van [naam 3] , EMEAI-dedicated Technical/EIS support, bestaat uit 8 personen met meerdere Engineers die vanuit verschillende landen dedicated support leveren. Daarnaast is er een team genaamd Aerospace EMEAI Technical support en een team genaamd Aerospace APAC Technical Support. De medewerkers verrichten hun werk vanuit verschillende landen in de wereld. Uit de overgelegde organogrammen (voor en na de reorganisatie) volgt dat de medewerkers van deze drie teams zijn ondergebracht in een nieuwe afdeling, genaamd Aerospace Technical Support-APAC & AMEAI. Onder de leiding van [naam 3] vallen nu 11 medewerkers.
5.7.
Al met al is [verweerder] om organisatorische en arbeidsrechtelijke redenen juridisch verbonden met Aerospace maar verricht hij feitelijk werk voor de internationaal opererende afdeling die inmiddels samengevoegd is met een ander team. Dat betekent dat Aerospace (en Honeywell International Inc.) duidelijk moet maken wat de gevolgen van de reorganisatie van de drie hierboven genoemde afdelingen zijn. Daarbij moet Aerospace ook duidelijk maken hoeveel werk er door de wijzigingen is komen te vervallen en met hoeveel mensen het werk in het vervolg kan worden gedaan.
5.8.
Aerospace heeft verzuimd een reorganisatieplan te overleggen waaruit een en ander blijkt. De overgelegde e-mail van [naam 1] (productie 7 bij het verzoekschrift) van 25 juli 2016 in combinatie met de overgelegde update uit augustus 2016 (productie 11 bij het verzoekschrift) en de organogrammen (producties 4,5 en 6 bij het verzoekschrift) zijn daarvoor niet voldoende. Aerospace heeft niet duidelijk kunnen maken waarom het werken middels Techconnect en ATS minder arbeidsplaatsen behoeft en dat er dus noodzakelijkerwijs arbeidsplaatsen komen te vervallen. Bij dit alles speelt een rol dat de kantonrechter er niet van is overtuigd geraakt dat het werk van [verweerder] op essentiële punten afwijkt van het werk van de andere werknemers in de nieuw gevormde afdeling Aerospace Technical Support. Het werk van [verweerder] is naar het oordeel van de kantonrechter niet uniek. Ook voormalig afdelingscollega dedicated engineer PV [naam 4] keert bijvoorbeeld terug in de nieuwe afdeling onder leiding van [naam 3] . Bovendien verricht [verweerder] ook volgens Aerospace nu al deels ATS werk. Aerospace heeft aldus verzuimd de gevolgen van de veranderingen voor de verschillende afdelingen, aanwezige functies, het aantal arbeidsplaatsen per functie en de verdeling van de eventueel resterende werkzaamheden duidelijk te maken.
5.9.
Voorts is het volgende van belang. Met het UWV oordeelt de kantonrechter dat onvoldoende is aangetoond dat Ryanair al volledig is overgestapt op het nieuwe ATS model. Aerospace heeft in de onderhavige procedure een brief van Honeywell aan Ryanair overgelegd (productie 9 bij het verzoekschrift) waaruit dit zou moeten blijken. Uit deze brief volgt evenwel dat Ryanair nog altijd een bijzondere positie inneemt nu [naam 2] de lokale contactpersoon is geworden in plaats van [verweerder] . Het blijft onduidelijk in welke mate [naam 2] exclusief voor Ryanair beschikbaar is en hoe vaak hij diensten op locatie verricht. Ook [verweerder] ging, zo is onbetwist door hem gesteld, maar 4 keer per jaar bij Ryanair langs zodat het “on field” werk reeds een bescheiden deel van het werk vormde. Ook is van belang dat de reisafstand tussen het Verenigd Koninkrijk en Dublin niet wezenlijk verschilt met de reisafstand tussen Amsterdam en Dublin. [naam 2] zit dan ook niet “dichter bij de klant” dan [verweerder] .
5.10.
De kantonrechter oordeelt voorts dat Aerospace zich ten onrechte heeft beperkt tot Nederland bij het zoeken naar een alternatieve functie. Ingevolge artikel 9, tweede lid, van de Ontslagregeling dient, in het geval een onderneming deel uitmaakt van een concern, bij de beoordeling of een passende functie beschikbaar is, steeds mede arbeidsplaatsen in andere tot dit concern behorende ondernemingen te worden betrokken. Uit de brief van 31 maart 2017 van Aerospace aan [verweerder] volgt dat slechts binnen Aerospace is gekeken naar vacante en passende functies. Bij het verzoekschrift is evenmin gesteld dat internationaal is bezien of een passende functie voorhanden is.
5.11.
Het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst zal dan ook worden afgewezen.
5.12.
De proceskosten komen voor rekening van Aerospace, omdat zij ongelijk krijgt.
De tegenverzoeken
5.13.
De kantonrechter zal het verzoek om weder te werk gesteld te worden als Engineer toewijzen met dien verstande dat [verweerder] thans deel uitmaakt van de nieuwe afdeling van [naam 3] en dat [verweerder] alle voorkomende werkzaamheden, zoals ATS en Techconnect, zal moeten verrichten. Exclusiviteit ten opzichte van bijvoorbeeld Ryanair maakt geen deel (meer) uit van zijn functie zodat dit onderdeel van de vordering niet wordt toegewezen. Het staat Aerospace vrij om het beschikbare werk naar eigen inzicht te verdelen over de medewerkers van de afdeling.
5.14.
De kantonrechter ziet geen noodzaak om aan de veroordeling een dwangsom te verbinden. Aerospace laat geen gedrag zien waaruit kan worden afgeleid dat zij zich niet vrijwillig zal houden aan de veroordeling.
5.15.
De kantonrechter ziet geen aanleiding om Aerospace te veroordelen in de kosten
(€ 9.592,51) die [verweerder] heeft gemaakt in de procedure bij het UWV. Van enig handelen in strijd met goed werkgeverschap is niet gebleken. Het innemen van stellingen in een UWV procedure die niet worden gevolgd, levert geen slecht werkgeverschap op. Ook een deel van de (vele) stellingen van [verweerder] in die UWV procedure is niet door het UWV gevolgd, hetgeen evenmin kan leiden tot de conclusie dat [verweerder] zich jegens zijn werkgeefster slecht heeft gedragen. Los hiervan merkt de kantonrechter op dat € 9.592,51 voor het voeren van verweer in een UWV procedure op zijn zachtst gezegd een forse beloning is.
5.16.
De proceskosten komen voor rekening van Aerospace, omdat zij grotendeels ongelijk krijgt.
6. De beslissing
De kantonrechter:
het verzoek
6.1.
wijst de verzochte ontbinding af;
6.2.
veroordeelt Aerospace tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van [verweerder] tot en met vandaag vaststelt op € 600,00 voor salaris gemachtigde;
6.3.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
het tegenverzoek
6.4.
veroordeelt Aerospace om [verweerder] binnen 24 uur na betekening van deze beschikking in staat te stellen zijn werkzaamheden als Engineer te hervatten met alle faciliteiten en bevoegdheden die [verweerder] uit hoofde van de arbeidsovereenkomst geniet;
6.5.
veroordeelt Aerospace tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van [verweerder] tot en met vandaag vaststelt op € 200,00 voor salaris gemachtigde;
6.6.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
6.7.
wijst af het anders of meer verzochte.
Deze beschikking is gewezen door mr. W.A. Swildens, kantonrechter en op 25 oktober 2017 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter