Betekeningstermijn dagvaarding voor Gemeenschappelijk Hof.

Documentgegevens:

HR 15-12-2020, ECLI:NL:HR:2020:2036

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 15 december 2020
Magistraten: Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, C. Caminada
Zaaknummer: 18/02589 A
Conclusie: A-G mr. E.J. Hofstee
Noot: Red. Aant.
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS251078:1
Vakgebied(en): Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2020:2036, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:1001, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑11‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑06‑2020
Wetingang: Art. 300 Sv BES; art. 15 Rijkswet Gemeenschappelijk Hof van Justitie

Essentie

Gemeenschappelijk Hof kan niet zitting houden in het Europese deel van Nederland; oordeel dat dagvaarding rechtsgeldig is betekend is ontoereikend gemotiveerd, maar dit leidt niet tot cassatie.

Samenvatting

De behandeling van de zaak door het Gemeenschappelijk Hof op 24 oktober 2017 heeft plaatsgevonden middels videoconference, waarbij het hof aanwezig was op Curaçao. Er was een videoverbinding met de PI in Zutphen, waar verdachte, die afstand had gedaan van zijn aanwezigheidsrecht, gedetineerd was. De dagvaarding was aan verdachte op 16 oktober 2017 in persoon uitgereikt. Het hof had geoordeeld dat de zitting mede in Nederland plaatsvond en dat daarom ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.