JOW 2015/16
Diverse aspecten, procesrecht, bewijsmiddel, getuige, horen
HR 07-04-2015, ECLI:NL:HR:2015:898
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 april 2015
- Magistraten
Van Dorst, Jörg, Van den Brink
- Zaaknummer
13/03899
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:898, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑04‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:386, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑11‑2013
- Wetingang
Art. 36e Sr
Essentie
De regels uit de Vidgen-jurisprudentie gelden niet voor de ontnemingsprocedure
Samenvatting
De regels uit de Vidgen-jurisprudentie (EHRM 10 juli 2012, NJ 2012/649) komen erop neer dat als een ambtsedig opgemaakte proces-verbaal van een in het opsporingsonderzoek afgelegde belastende verklaring het enige bewijsmiddel is waaruit verdachtes betrokkenheid kan volgen, en deze verklaring bij de RC nadien is ingetrokken, de rechter betrokkene ambtshalve moet oproepen om een eigen oordeel te kunnen vormen over de betrouwbaarheid van die getuige.
De verklaring van een inmiddels overleden getuige kan worden gebruikt voor het bewijs van de schatting van het wederrechtelijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.