RvdW 2021/53:Vordering benadeelde partij. Onbegrijpelijk oordeel dat sprake is van een aantasting in de persoon ‘op andere wijze’ als bedoeld in art. 6:106 onder b BW, nu niets is vastgesteld over de aard en de ernst van de normschending en van de gevolgen daarvan voor de benadeelde.