JWB 2014/224
Arbeidsrecht; integriteitscode banken
HR 02-05-2014, ECLI:NL:HR:2014:1056
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
2 mei 2014
- Zaaknummer
13/02964
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Ondernemingsrecht (V)
Arbeidsrecht (V)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1056, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 02‑05‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:108, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑02‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑05‑2013
Essentie
Arbeidsrecht; integriteitscode banken
Samenvatting
Casus:
Een relatiemanager bij MeesPierson (verweerder) verkrijgt van zijn vorige werkgever, ABN AMRO (eiseres), geen integriteitsverklaring in de zin van de Integriteitscode van de Nederlandse Vereniging van Banken. MeesPierson beschouwt daarop de arbeidsovereenkomst met de relatiemanager als van rechtswege geëindigd omdat de ontbindende voorwaarde in de arbeidsovereenkomst inhoudende het verkrijgen van een integriteitsverklaring, is vervuld.
De relatiemanager heeft ABN AMRO in kort geding gedagvaard tot afgifte van de integriteitsverklaring. Deze voorziening is geweigerd. In de onderhavige procedure vordert de relatiemanager een verklaring voor recht dat ABN AMRO schadeplichtig is jegens hem op de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.