BNB 2024/101
Schadevergoeding moet worden verzocht over schadeveroorzakende verliesvaststellingsbeschikking en niet over nadien vastgestelde en in stand gebleven verliesverrekeningsbeschikking
HR 24-05-2024, ECLI:NL:HR:2024:751, m.nt. P.G.H. Albert
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 mei 2024
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Van Eijsden, Fierstra, Faase, Cools
- Zaaknummer
21/01709
- Conclusie
A-G IJzerman
- Noot
P.G.H. Albert
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS976876:1
- Vakgebied(en)
Invordering / Invorderingsrente en betalingskorting
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Verliesverrekening
Fiscaal bestuursrecht / Rente
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑05‑2024
ECLI:NL:HR:2024:751, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑05‑2024
ECLI:NL:PHR:2022:345, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 07‑04‑2022
- Wetingang
Essentie
Schadevergoeding moet worden verzocht over schadeveroorzakende verliesvaststellingsbeschikking en niet over nadien vastgestelde en in stand gebleven verliesverrekeningsbeschikking
Samenvatting
De Inspecteur heeft bij verliesvaststellingsbeschikking van 7 augustus 2010 het verlies vastgesteld dat belanghebbende, een BV, over het boekjaar 2006/2007 naar zijn oordeel heeft geleden. Uiteindelijk is bij hofuitspraak van 30 mei 2017 het verlies op het juiste (veel hogere) bedrag vastgesteld. De Inspecteur heeft vervolgens een gedeelte van dat verlies bij verliesverrekeningsbeschikking van 9 september 2017 verrekend met de winst over het boekjaar 2003/2004. Daarbij is geen rente vergoed, omdat de AWR daarin niet voorziet. In haar bezwaar tegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.