Einde inhoudsopgave
Besluit (GBVB) 2015/1835 tot vaststelling van het statuut, de zetel en de voorschriften voor de werking van het Europees Defensieagentschap
Artikel 5 Functies en taken
Geldend
Geldend vanaf 13-10-2015
- Bronpublicatie:
12-10-2015, PbEU 2015, L 266 (uitgifte: 13-10-2015, regelingnummer: 2015/1835)
- Inwerkingtreding
13-10-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-10-2015, PbEU 2015, L 266 (uitgifte: 13-10-2015, regelingnummer: 2015/1835)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
1.
Bij het vervullen van zijn functies en taken neemt het Agentschap de overige bevoegdheden van de Unie en van de instellingen van de Unie in acht.
2.
De vervulling door het Agentschap van zijn functies en taken laat de bevoegdheden van de lidstaten voor defensieaangelegenheden onverlet.
3.
Het Agentschap staat onder het gezag van de Raad en heeft tot taak:
- a)
de na te streven militaire vermogens van de lidstaten te helpen bepalen en de nakoming van de door de lidstaten aangegane verbintenissen inzake vermogens te helpen evalueren, en daarbij in het bijzonder:
- i)
in overleg met de bevoegde Raadsinstanties, zoals het EUMC, en met gebruikmaking van onder meer het vermogensontwikkelingsmechanisme (CDM) en de eventuele opvolger ervan, de toekomstige behoeften van de Unie op het gebied van defensievermogens te bepalen;
- ii)
de uitvoering van het vermogensontwikkelingsplan (CDP) en elk eventueel vervolgplan te coördineren;
- iii)
onder meer via het CDP en het CDM en de eventuele opvolger ervan, aan de hand van door de lidstaten overeen te komen criteria de door de lidstaten inzake vermogens aangegane verbintenissen te evalueren;
- b)
te bevorderen dat de operationele behoeften worden geharmoniseerd en dat er doelmatige en onderling verenigbare aankoopmethoden worden gehanteerd, en om daarbij in het bijzonder:
- i)
harmonisatie van militaire behoeften te bevorderen en te coördineren;
- ii)
kosteneffectieve en efficiënte aankoop te bevorderen door de beste praktijken te bepalen en te verspreiden;
- iii)
een oordeel te geven over financiële prioriteiten voor de ontwikkeling van defensievermogens en -aankopen;
- c)
multilaterale projecten voor te stellen die erop gericht zijn de doelstellingen met betrekking tot militaire vermogens te verwezenlijken, de door de lidstaten uit te voeren programma's te coördineren en specifieke samenwerkingsprogramma's te beheren, en daarbij in het bijzonder:
- i)
nieuwe multilaterale samenwerkingsprojecten te bevorderen en voor te stellen;
- ii)
samenwerkingsactiviteiten op operationeel gebied te bepalen en voor te stellen;
- iii)
te streven naar coördinatie van bestaande door de lidstaten geïmplementeerde programma's;
- iv)
op verzoek van de lidstaten het beheer op zich te nemen van specifieke programma's;
- v)
op verzoek van de lidstaten programma's voor te bereiden die door de OCCAR of middels andere regelingen, al naargelang, dienen te worden beheerd;
- d)
het onderzoek inzake defensietechnologie te ondersteunen, alsmede gezamenlijk onderzoek naar en studie van technische oplossingen die voldoen aan toekomstige operationele behoeften, te coördineren en te plannen, en daarbij in het bijzonder:
- i)
in voorkomend geval in samenhang met de onderzoeksactiviteiten in de Unie, onderzoek te bevorderen dat erop gericht is te voorzien in de toekomstige behoeften op het gebied van beveiligings- en defensievermogens, om aldus het Europese industriële en technologische potentieel op dit gebied te versterken;
- ii)
doelgerichter gezamenlijk O&T op defensiegebied te bevorderen;
- iii)
een katalysator te vormen voor O&T op defensiegebied middels studies en projecten;
- iv)
O&T-contracten op defensiegebied te beheren;
- v)
tezamen met de Commissie te werken aan het maximaliseren van de complementariteit van en de synergie tussen onderzoeksprogramma's inzake defensie en civiele veiligheid;
- e)
bij te dragen aan het bepalen en in voorkomend geval uitvoeren van alle nuttige maatregelen om de industriële en technologische basis van de defensiesector te versterken en de doelmatigheid van de militaire uitgaven te verbeteren, en daarbij in het bijzonder:
- i)
bij te dragen aan het tot stand brengen van een internationaal concurrerende Europese markt voor defensie-uitrusting, onverminderd de internemarktregels en de bevoegdheden van de Commissie op dit gebied;
- ii)
beleid en strategieën te ontwikkelen in overleg met de Commissie en, in voorkomend geval, met de industrie;
- iii)
in samenwerking met de Commissie en in het kader van de taken van het Agentschap te streven naar de ontwikkeling en harmonisatie op EU-niveau van procedures ter zake;
- f)
onder voorbehoud van een besluit van de Raad over de instelling van een permanente gestructureerde samenwerking, deze samenwerking te ondersteunen, en daarbij in het bijzonder:
- i)
grote gezamenlijke of Europese vermogensontwikkelingsinitiatieven te vergemakkelijken;
- ii)
bij te dragen tot de periodieke evaluatie van de bijdragen die deelnemende lidstaten leveren met betrekking tot vermogens, in het bijzonder bijdragen die zijn gedaan overeenkomstig de criteria die zullen worden vastgesteld op basis van, onder meer, artikel 2 van Protocol nr. 10 en hierover ten minste eenmaal per jaar verslag uit te brengen;
- g)
te streven naar samenhang met andere beleidslijnen van de Unie voor zover deze gevolgen hebben voor defensievermogens;
- h)
een nauwere defensiesamenwerking tussen deelnemende lidstaten te onderhouden, conform het beleidskader voor systematische defensiesamenwerking op lange termijn;
- i)
ondersteuning te bieden bij GVDB-operaties, waarbij rekening wordt gehouden met procedures voor crisisbeheersing in de EU.