RI 2014/54
Bodemrecht. Gebruik. Zijn handelingen van een curator tot beheer en vereffening van de boedel voldoende voor de kwalificatie ‘bodem’ in de zin van art. 22 lid 3 Iw? (Ontvanger/Den Besten Horeca)
HR 11-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:896 (Ontvanger/Horeca Holding c.s.)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 april 2014
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, C.E. Drion, G. de Groot
- Zaaknummer
13/00050
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Roepnaam
Ontvanger/Horeca Holding c.s.
- JCDI
JCDI:ADS917902:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:896, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑04‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:27, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑01‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑12‑2012
- Wetingang
Essentie
Bodemrecht. Gebruik.
Zijn handelingen van een curator tot beheer en vereffening van de boedel voldoende voor de kwalificatie ‘bodem’ in de zin van art. 22 lid 3 Iw.?
Samenvatting
Na het faillissement van een horecaondernemer wordt in opdracht van de Ontvanger bodembeslag gelegd op inventaris. Het hof heeft een aantal relevante feiten vastgesteld: de huurovereenkomst was beëindigd, de ondernemer had de exploitatie van haar onderneming gestaakt en het perceel derhalve niet meer feitelijk in gebruik, de curator had de onderneming niet voortgezet, de curator kon slechts toevallig over de sleutels beschikken omdat de ondernemer die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.