BNB 2022/13
Invoering van kansspelbelasting voor kansspelautomaten per 1 juli 2008. Individuele en buitensporige last. Rechtsherstel
HR 05-11-2021, ECLI:NL:HR:2021:1644, m.nt. P.G.H. Albert
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 november 2021
- Magistraten
Mrs. Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
20/00131
- Noot
P.G.H. Albert
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS628692:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Kansspelbelasting (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1644, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑11‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑03‑2020
- Wetingang
Essentie
Invoering van kansspelbelasting voor kansspelautomaten per 1 juli 2008. Individuele en buitensporige last. Rechtsherstel
Samenvatting
Voortzetting zaak HR, BNB 2014/219c* en HR, BNB 2017/115c*.
Tot 1 juli 2008 was belanghebbende als exploitant van kansspelautomaten 19% omzetbelasting verschuldigd over het bruto spelresultaat. Ten gevolge van een wetswijziging wordt hierover vanaf die datum geen omzetbelasting meer geheven, maar 29% kansspelbelasting. Het Hof heeft geoordeeld dat belanghebbende door de wetswijziging is geconfronteerd met een individuele en buitensporige last in de zin van art. 1 Protocol 1 EVRM en dat belanghebbende € 1.364.740 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.