Grensoverschrijdende juridische splitsing van kapitaalvennootschappen
Einde inhoudsopgave
Grensoverschrijdende juridische splitsing van kapitaalvennootschappen (VDHI nr. 122) 2014/4.5.8:4.5.8 Beperkingen op de toelaatbaarheid van grensoverschrijdende splitsing – in overeenstemming met Unierecht
Grensoverschrijdende juridische splitsing van kapitaalvennootschappen (VDHI nr. 122) 2014/4.5.8
4.5.8 Beperkingen op de toelaatbaarheid van grensoverschrijdende splitsing – in overeenstemming met Unierecht
Documentgegevens:
mr. E.R. Roelofs, datum 01-04-2014
- Datum
01-04-2014
- Auteur
mr. E.R. Roelofs
- JCDI
JCDI:ADS434524:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Lidstaten kunnen een grensoverschrijdende splitsing alleen niet toelaatbaar achten of nadere eisen stellen aan een grensoverschrijdende splitsing – inhoudende dat een grensoverschrijdende splitsing anders wordt behandeld dan een nationale splitsing – indien en voor zover een inperking op de vrijheid van vestiging geoorloofd is krachtens het Europese recht.
Inperkingen op de vrijheid van vestiging zijn alleen geoorloofd indien met de inperking een rechtmatig doel wordt nagestreefd, dat in overeenstemming is met het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en gerechtvaardigd is uit hoofde van dwingende redenen van algemeen belang. Bovendien moet deze inperking voldoen aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit van het Europese recht (artikel 5 Verdrag betreffende de Europese Unie).